De medewerkster bij de bakkerij begon ‘zoooo wat zie jij er goed uit! Je bent volgensmij nog slanker dan voor je zwangerschap ofniet??!’ Uuuuh ja… ja dat klopt wel ja’. Mijn bijna eenjarige baby hangend in de draagdoek keek deze mevrouw net zo verbaasd aan als ik deed.
Ik had er eigenlijk een jaar lang niet bewust bij stilgestaan of ik weer ‘slanker’ zou zijn. Natuurlijk zag ik mijn lijf veranderen en zag ik ook het resultaat van een derde zwangerschap (waar ik overigens geen enkel probleem mee heb, het is helemaal welkom). Zoals dat mijn buik niet binnen een paar weken weer inklapt, wat de eerste keer wel gebeurde. Ook wist ik dat ik aan het einde van zwangerschap drie volgens de weegschaal van de verloskundige 25 kilo zwaarder was dan toen die zwangerschap begon en dat in de maanden daarna alle broeken steeds meer en meer afzakte… Dat merkte ik allemaal wel.
Maar nooit dacht ik er over na zoals nu plots gezegd werd. We hebben ook al jaren geen weegschaal in huis. Niet nodig, zoiets als merken hoe het met je gaat werkt een stuk beter op gevoel en intuïtie dan met lege cijfertjes. Geen idee hoeveel ik nu weeg en van de kindjes weten we dat ook niet.
Maargoed… deze mevrouw had mij dus wel eens hoogzwanger met al die extra kilo’s gezien in de bakkerij, dat wist ik eigenlijk ook niet.
‘Is het een jongen of een meisje? De eerste?’ vroeg ze kijkend naar mijn baby in de draagdoek. ‘Een meisje! Ja nee de derde, ons derde meisje’ zei ik trots terug.
‘Oooh drie! Ja dat vraagt ook veel van je dan!! Dan ben je super druk, dan wil het wel met afvallen’ riep ze enthousiast terug over het geluid van de machine die het brood sneed. ‘Ja, dat klopt’, zei ik terug.
Ja dat klopt… dacht ik terug op de fiets. Opzich wel blij met de ‘wat zie jij er goed uit’, want zo spontaan iemand bemoedigen, dat is echt mega aardig! Vrouwen die vrouwen bemoedigen, oh yes! Ook al was het op een gebied waar totaal mijn focus niet ligt en voor mij is gewicht niet een factor van er wel of niet goed uit zien. Totaaaaal niet. Het gaat om de glow!
Maar mijn hart ontdekte al fietsend en nadenkend ook weer diepers. Iets nieuws. Zo gaat dat biddend rouwen, laag voor laag, steeds dieper naar de kern. Tot ik de hele schat te pakken heb. Want ik weet dat HIJ alles ten goede gebruikt, en dat wil ik hebben! Dat wil ik eraan over houden.
‘Met drie ben je echt druk, dat vraagt veel van je’… weerklonk het in mijn hoofd. Ik hoor het wel vaker gezegd worden, over mezelf of bij een andere moeder. En dan zeg ik altijd tegen mezelf ‘ ja Jess, je hebt er drie maar je zorgt er maar voor twee’ met een gevoel erbij naar mezelf toe alsof dat makkelijker zou zijn.
En daar op dat punt blonk het goud. Daar sprak HIJ. Ik zag mezelf moederen, dag in dag uit, voor twee kindjes maar het waren er drie. Ik mocht zien hoe ‘druk’ ik ook ben met het kindje wat er niet meer is.
‘Hoezo is dit makkelijker?’ vroeg HIJ. Ik mocht verder mee in het beeld wat ik zag en inderdaad; voor het meisje wat er niet meer is hoef ik niet meer drie keer per nacht uit bed, zes keer heen en weer naar de kledingkast omdat het uitgezochte niet goed bevonden wordt, geen boterhammen te smeren en ik hoef haar kleding niet te wassen of haar veters te strikken. Ik kan op de bank blijven zitten met mijn thee omdat ze me niet zal roepen voor het een en ander. Het scheelt wel echt werk, praktisch werk. Maar op de een of andere wonderlijke manier zag ik mezelf ook voor haar zorgen. De dagen en de nachten door. Er is geen kwartier dat ik niet aan haar denk. Mijn hele systeem is ingesteld op het zorgen voor drie. En nu zag ik het voor het eerst, door dit beeld heen.
Waar is de oudste, wat doet de jongste, wat hebben ze nodig, ze hebben allemaal hun jas aan, ze liggen weer schoongewassen in bed… Maar eentje niet…
Voor Ella zorg ik op een andere manier. Ze zit net zo in mijn systeem als de andere twee maar het gaat anders.
Het kost me evenveel energie, en ik weet dat het eigenlijk nog meer is dan wanneer ze er wel geweest was. Want constant dat rouwen in duizenden kleine momentjes. Fracties van een seconden, maar wel de hele dag en de hele nacht. Het is er, ze is er. Het zit in mijn moederen hier in dit aardse. Onderdeel van. Niet weg te denken. Net als de andere twee. Ik denk in drie, maar telkens mis ik er een. Als we komen en als we weggaan, ik denk voor een moment in drie. Tot het pijnlijke kwartje weer valt. Dat kost wel wat aan energie. Hier wordt je heel moedig van, telkens verteren, telkens accepteren. Al is het maar telkens een seconde. En al doe ik het telkens met de grootste liefde.
VADER liet me zien dat ik minimaal net zo hard werk als ‘gewone’ moeders met drie, dat ik dat mag erkennen voor mezelf, dat het oke is dat ik me wel voel alsof ik voor drie zorg, dat het klopt dat het dat wel van me vraagt qua energie, dat ik mag weten dat dit niet ‘makkelijker’ is omdat er nog maar twee over zijn… een kindje erbij hebben wat er niet meer is, dat is pas hard werken. ‘Verzachten’ hoor ik.
Verzachten. ‘Verzacht maar in je hart’ zij HIJ.
Een diepe diepe zucht. Het klopt en het is goed.
“Kan een vrouw haar zuigeling vergeten, dat zij zich niet ontfermen zou over het kind van haar schoot…’ Jesaja 49:15
Jessica
Voel je vrij om een reactie achter te laten!
voel je vrij om een reactie achter te laten!