Als dit lukt, en je vergeet hem niet te onderhouden, dan hoef je dit maar een keer te doen en kan een starter jaren en jaren, generaties lang mee! Dat is tof!

De moeite even waard dus. Je kunt natuurlijk ook een beetje kant en klare starter van je buurvouw overnemen en die verder zelf gaan onderhouden. Maar door ook dit stapje van zuurdesembrood bakken zelf te doen leer je veel over hoe het proces werkt en dat geeft je later ook meer inzicht en feeling ermee. En ach, zoveel moeite is het ook weer niet. Zuurdesem doet met een beetje hulp vooral zijn eigen werk.

Hoe ik mijn zuurdesemstarter maakte:

Dag 1

50 gram roggemeel met 60 ml water mengen in een weckpot. De ring van de deksel laat ik weg, zodat het niet luchtdicht afgesloten is. De deksel er gewoon los opleggen dus. Ik zet dit weg op een plek in huis waar het niet tocht. Een wat warmere plek heeft de voorkeur, maar op de verwarming bijv. is echt niet nodig. Een gewone pot kan ook, draai de deksel dan niet vast maar hou die er los op.

Dag 2 & 3

Op deze dagen roer ik het alleen even door en zet het daarna weer weg met de deksel er los op.

Vanaf dag 4 tot dag 7

Op deze dagen voed ik de starter elke dag bij met 1 eetlepel roggemeel en 2 eetlepels water. Even doorroeren en weer wegzetten met de deksel er los op.

Het vergt wat geduld. Soms zie je vanaf dag 3 al wat gebeuren qua ‘leven’ en soms duurt het echt veel langer. Verlies de hoop niet te snel! Ga gewoon even door tot dag 7 en kijk dan of je starter misschien een beetje bubbelt en vooral friszuur ruikt.

Die geur is specifiek voor zuurdesem. Ruikt het echt verrot en overstuur dan is het niet goed gegaan. Friszuur en een beetje gistig, en bubbels, dan is het goed!

Is dit het geworden? Yeah! Dan heb je nu je eigen zuurdesemstarter.

Zo onderhoud en bewaar ik het:

Mijn starter heb ik in de koelkast staan, ik voer het 1x in de week bij met 2 eetlepels roggemeel en 3 eetlepels water. Meestal doe ik dit wanneer ik er een deel uithaal om mijn brooddeeg mee te starten.

Begint mijn starter een beetje op te raken dan voer ik soms bij in dubbele hoeveelheden, om weer een beetje meer te kweken. Meestal zorg ik dat de pot minimaal een kwart vol is. Daarmee kan ik makkelijk meer laten groeien (op de manier van voordeeg maken) mocht het nodig zijn.

Heb ik wat over van het voordeeg dat ik maakte voor mijn brood, dan voeg ik dat weer bij mijn starter in de koelkast. 

Buiten de koelkast bewaren kan ook! Dan voed je je starten elke dag zo ongeveer rond dezelfde tijd bij met 1 eetlepel roggemeel en 2 eetlepels water.

Klik hier om naar mijn zuurdesem speltbrood recept te gaan! Zodat je jouw starter kunt gaan gebruiken voor het bakken van brood.

Veel zegen!

Liefs,

 Jessica